Naar inhoud

Hier een cookie tekst met verwijzing naar de cookies pagina.

Interview, Special: Academie Minerva

Hoe Minerva-alumnus Vida Kasaei laat zien waarom ook Nederlandse vrouwen niet voor volledige vrijheid (kunnen) kiezen

Door: Marike Masker, 22 augustus 2019

Noorderzon bestaat uit een experimentele theatervoorstelling bezoeken met je vrienden, biertjes drinken aan de vijver, hossen in een bootje voor het Dok én voor het eerst dit jaar: gratis films kijken in het prinsentheater bij CinemaMinerva. De Groningse kunstacademie selecteerde drie korte films van afstudeerders en een potpourri van korte fragmenten om vrijdag 23 en zaterdag 24 augustus van 16 tot 23.30 uur en zondag 25 augustus van 13 tot 18 uur doorlopend te presenteren. De drie hoofdfilms zijn De Bohemen van Julian Verkerk, een korte documentaire van Hanif Amini en de 18 minuten durende film Sediment van Vida Kasaei (1990), waarin zij met een poëtische vertelling naar de stemmen zoekt van drie generaties Nederlandse en Iraanse vrouwen. Kunstspot sprak Kasaei over haar film en de inspiratie voor haar werk. 

Het is 25 graden. Een jonge vrouw loopt het terras op waar we afgesproken hebben voor het interview. Ze heeft blote armen, een charmante korte boblijn met een subtiele paarse gloed en een zonnebril in haar haren. Niets bijzonders zou je zeggen, maar in Iran, waar zij vandaan komt, kan Vida Kasaei, er net als iedere andere vrouw, voor opgepakt worden. 
Met haar film Sediment maakte Kasaei dit soort grote en subtiele verschillen in dagelijkse vrijheid voelbaar door vrouwen in Nederland en Iran van drie verschillende generaties naast elkaar te presenteren. Toch is het nadrukkelijk niet haar doel de culturen met elkaar te vergelijken, zegt Kasaei.

 “Mensen kijken vaak naar de verschillen tussen culturen. Dat deed ik zelf ook toen ik hier net kwam: ik zag vooral hoeveel vrijer ik hier was om te doen en laten wat ik wilde, dat was zo’n opluchting!” Nu Kasaei hier negen jaar woont, ziet ze dat de vrouwen in Nederland dezelfde worsteling doormaken om zichzelf te kunnen zijn als in Iran, zij het op een subtieler niveau. “Als Nederlandse vriendinnen mij in het begin vertelden dat zij zich ook niet helemaal gelijkwaardig en vrij voelden zei ik ‘joh, stel je niet aan’. Nu, versterkt door het maken van mijn film waarin ik onderzoek heb gedaan naar die persoonlijke strijd die vrouwen voeren, zijn voor mij juist de overeenkomsten tussen de culturen duidelijker en belangrijker geworden dan de verschillen.” 

Dat mensen nu eenmaal geneigd zijn te denken in dualismes kwam zij ook tegen in het maakproces van haar film. “Als ik vrouwen vroeg naar hun persoonlijke strijd kwamen er in beide landen veel vergelijkingen met mannen: op welke manier die het makkelijker hebben of hoe zij anders benaderd worden. Dat zijn natuurlijk relevante observaties, maar in mijn film wilde ik me juist richten op de individuele menselijke worsteling die iedereen doormaakt. De vergelijkingen met mannen heb ik er daarom uitgeknipt. Ik wil het bij de kijker zelf laten om eigen vergelijkingen te maken, of juist op de overeenkomsten te letten, ik wilde daarin niet sturen.” 

"In Iran heb je de morele politie, in Nederland heb je slutshaming"

Het verbaasde Kasaei dat de Westerse vrouwen een stuk minder solidair zijn en gericht op vrijheid dan zij had verwacht toen zij naar Nederland kwam. “In Iran heb je de morele politie die bestaat uit streng religieuze vrouwen die anderen aanspreken als hun hoofddoek niet goed zit, maar in Nederland heb je slutshaming en beoordelen vrouwen elkaar onderling ook over wat zij aan hebben, hoe zij omgaan met moederschap en hoe zij in het leven staan.” 

Sediment, de titel van de film, gaat over de cultuuroverschrijdende lagen die de maatschappij legt over de menselijke kern, die daardoor moeilijk te bereiken is – laat staan uit te dragen. Kasaei brengt dit thema op metaforische wijze in beeld door een danseres in twee rituelen met laagjes modder in te smeren, eenmaal met rode klei van het Iraanse eiland Hormuz en eenmaal met grijze klei uit Pieterburen. “Je komt in elke cultuur normen tegen. Dit ritueel speelt met het verlangen je eigen weg te kiezen en de vraag in hoeverre dat in welke cultuur dan ook, mogelijk is.”

Worstelingen in de kapsalon

Het filmen in twee verschillende landen en het vinden van personen die zich wilden laten zien in haar film liep niet altijd van een leien dakje. “Het vinden van vijftienjarigen die in beeld wilden bleek heel lastig. De tieners die ik in beide landen sprak wilden ab-so-luut niets zeggen in beeld en ook niet hun gezicht gefilmd.” In tijden waarin pubers massaal filmpjes en selfies posten op social media, lijken zij moeilijker dan ooit de controle over hun imago los te laten.

In Iran willen mensen niets liever dan zichzelf kunnen uiten hoe ze zelf willen. Voor haar film bleek het in Teheran dan ook geen probleem om dertigjarige vrouwen te vinden die wilden vertellen over hun persoonlijke worstelingen. Zowel in Iran als in Nederland  besloot zij kapsalons met vrouwen te gaan praten, omdat dat een omgeving is waarin mensen van nature persoonlijke gesprekken aangaan. “In Iran stonden de vrouwen in de rij om zich te laten horen, iedereen wil daar haar zegje doen. In Nederland was daarentegen veel twijfel, dat verbaasde me. Vrouwen beriepen zich op hun privacyrecht en beeldrecht om niet gefilmd te worden. Uiteindelijk heb ik met een actrice terug moeten gaan om alsnog het gesprek op te kunnen nemen.”

“In Iran zou mijn film alleen in een underground bioscoop getoond kunnen worden.”

De obstakels die ze in Iran tegenkwam waren van een andere orde. Zo wilde zij een gesprek met haar moeder door een professionele audio-producent laten opnemen, maar toen het bedrijf hoorde dat zij negatief over de Islamitische revolutie sprak en lovend over de tijd voor de revolutie, wilden zij niet geassocieerd worden met het materiaal, uit angst om in de problemen te komen met de overheid. “Het bedrijf wilde het geluid produceren, maar ik moest een neutrale USB-stick regelen, zodat zij het materiaal niet hoefden te mailen en ik mag hun bedrijfsnaam nergens vermelden.” 

In Iran is van alles mogelijk, maar het moet via omwegen en vooral via geheime sociale circuits. Zo ziet Kasaei nog weinig mogelijkheden om haar film ook in Iran getoond te krijgen. “Dat zou in een underground bioscoop moeten, maar om daar binnen te komen moet je jarenlang lid zijn en echt vertrouwen gewonnen hebben. Mensen zijn doodsbang om verraden te worden. Ik denk niet dat het me zal lukken om daar ergens binnen te komen. Ik hoop mijn film de komende maanden nog op filmfestivals in Europa vertoond te krijgen, maar als die tegen de winter voorbij zijn zal ik hem op internet plaatsen, zodat ook mensen in Iran mijn film kunnen zien.”